Het is al weer een aantal maanden geleden dat verontwaardigde burgers het ombudsteam benaderden met de vraag waarom de bloemenzee op het Burgersterrein gemaaid was. Het ombudsteam behoefde niet in actie te komen omdat raadsleden al vragen gesteld hadden aan het college. Begin juni kwam het antwoord van het college.
Het was de gemeente onbekend wie de dader was. En daarmee was de zaak gesloten. In juli kwam het ombudsteam nogmaals in contact met één van de omwonenden. Ook zij hadden van de gemeente gehoord dat het niet bekend was wie het Burgersterrein gemaaid had. Maar de bewuste burger kende wel een naam van de man die daar al eerder gemaaid had. Men kon zich niet voorstellen dat dat illegaal gebeurde.
Het ombudsteam heeft toen afgesproken verder informatie in te winnen.
Je denkt dan al gauw dat projectontwikkelaar Roosdom Tijhuis als eigenaar van de grond daar meer vanaf moet weten. Maar na uiteindelijk de juiste persoon aan de lijn gekregen te hebben, kwam via de mail het antwoord: Roosdom Tijhuis weet daar niets van en het beheer over het Burgersterrein ligt bij de gemeente. Dus moest het ombudsteam verder uitzoeken wie binnen de gemeente daarvoor verantwoordelijk is. Na wat heen en wel bellen, kwam de naam van de ambtenaar die hier meer over weet boven tafel. Na de vakanties van zowel van de ambtenaar als de betrokken ombudsman kwam in augustus eindelijk het antwoord op de vraag: “Wie maait toch het Burgersterrein?”
Een agrarische ondernemer heeft een contract met de gemeente Brummen en mag daar zaaien en maaien. Deze man maait dus legitiem het Burgersterrein. Zo eenvoudig is dat.
Hiermee heeft het ombudsteam weer een zaak opgelost.
Het is de vraag of de burgers tevreden zijn met dit antwoord. Als de burgers niet willen, dat in 2016 het Burgersterrein opnieuw gemaaid wordt, zullen zij actie moeten ondernemen naar de gemeente.